Vraag van mevrouw Ingeborg De Meulemeester
Vraag
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, BTC kan worden gezien als het uitvoerende orgaan van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. BTC neemt initiatieven en volgt deze verder op om de kwaliteit van projecten in de ontwikkelingslanden te garanderen.
Eind 2004 begin 2005 werd een hernieuwde dynamiek voorgesteld; het beoogde een grotere performantie door BTC als uitvoerend orgaan van de Belgische bilaterale samenwerking. Een bijkomend doel was om tot een betere taakverdeling te komen tussen BTC en DGOS. Blijkbaar zijn deze problemen nog niet volledig verholpen. In het rapport van de bijzondere evaluator van dit jaar staat vermeld dat de taakverdeling tussen BTC en DGOS nog niet optimaal verloopt, waardoor nieuwe projecten in hun beginfase reeds vertraging oplopen.
Graag wens ik u hierover volgende vragen te stellen. Bent u het eens met de kritiek van de bijzondere evaluator, en bent u bereid om nieuwe initiatieven te nemen om op dit vlak vooruitgang te boeken? Zo ja, welke?
Antwoord
Mijnheer de voorzitter, mevrouw De Meulemeester, de taken van BTC zijn duidelijk vermeld in de wet van 21 december 1998 tot oprichting van BTC.
Deze wet geeft BTC de exclusieve bevoegdheid voor de uitvoering van de directe, bilaterale samenwerking evenals van andere taken van openbare dienst inzake ontwikkelingssamenwerking, die door de minister zijn voorgesteld. Bovendien mag BTC in opdracht van andere rechtspersonen van publiek recht ook taken van ontwikkelingssamenwerking uitvoeren, voor zover de taken in kwestie verenigbaar zijn met de voormelde taken.
Om alle genoemde taken te kunnen uitvoeren, moet BTC over voldoende vrijheid en soepelheid beschikken. Zodra de door de minister getekende uitvoeringsovereenkomst voor een taak aan BTC is betekend, neemt BTC de volle verantwoordelijkheid voor de uitvoering op zich, volgens de in het technische dossier opgenomen kalender. Vertragingen komen voor, maar zijn regelmatig ook de aansprakelijkheid van het partnerland of de partnerinstelling.
Volgens de memorie van toelichting bij voornoemde wet worden de taken van DGOS als volgt bepaald: het voorbereiden van het uit te voeren beleid, het evalueren van het beleid, de controle op de verwezenlijking van de doelstellingen, het toezicht op het beleid, de controle op de procedures en de aanwending van de financiële middelen.
Zowel BTC als DGOS zijn in Brussel en in de partnerlanden georganiseerd om de genoemde taakverdeling optimaal in nuttige ontwikkelingsresultaten te laten uitmonden. Dit sluit echter niet uit dat hier of daar sommige stafleden van beide entiteiten de taakverdeling niet altijd respecteren. In voorkomend geval wordt een en ander echter gecorrigeerd.
De concrete samenwerking voor de taken van openbare dienst wordt, zoals in voormelde wet bepaald, via een beheerscontract tussen de Belgische Staat en BTC geregeld. Wij zijn nu in de eindfase van de voorbereiding van het vierde beheerscontract, waarin de taakverdeling nog beter zal worden beschreven.