Vraag van de heer Peter Van Rompuy
Vraag
Woensdag 24 oktober laatstleden maakte de Wereldbank haar « Doing Business »-rapport bekend. Het rapport meet het ondernemersklimaat in 185 landen en bepaalt welke maatregelen het moeilijker of gemakkelijker maken om te ondernemen.
België scoort goed als het aankomt op het afdwingen van contracten, het afwikkelen van faillissementen en het gemakkelijk handel drijven met buurlanden. Toch zakt België voor het tweede jaar op rij tot de 33ste plaats. Hierdoor wordt de afstand met buurland Duitsland groter.
Volgens de Wereldbank werd sinds het vorige rapport geen enkele maatregel genomen tegen de gerapporteerde ondernemersobstakels. Nochtans staat in het regeerakkoord:
« In het kader van een modern en betrouwbaar partnerschapsbeleid, zal de regering zich inspannen om een gunstig investerings- en ontwikkelingsklimaat voor de bedrijven, voor de ondernemers en voor de creatie van tewerkstelling te bevorderen. »
Volgens het « Doing Business »-rapport is één van de grootste obstakels: de moeilijke procedure bij de opstart van een onderneming. Vooral de kapitaalvereisten wegen op het ondernemersklimaat.
Om voorgaande redenen had ik graag van de geachte Minister een antwoord gekregen op de volgende vragen:
1) Zal de minister rekening houden met de aanbevelingen vanuit het ‘Doing Business’-rapport?
2) Welke bijkomende concrete maatregelen zal de minister nemen om het Belgische ondernemersklimaat te bevorderen?
Antwoord
In het op 24 oktober 2012 gepubliceerde “Doing Business 2013” rapport van de Wereldbank daalt België inderdaad in de ranking naar de 33e plaats. Ook Duitsland, waarnaar u in uw vraag verwijst, daalt echter dit jaar in deze ranking (van de 19e naar de 20e plaats).
Wanneer we de 10 aspecten die bevraagd worden bekijken valt op dat België vooral terrein verliest wat betreft het opstarten van een eigen zaak (daling van 36e naar 44e plaats).
Wereldwijd is de gemiddelde tijd nodig om een zaak op te richten sedert 2005 gedaald van 50 dagen naar 30. In België is evenwel in de voorafgaande jaren een veel grotere daling gerealiseerd van 56 dagen naar slechts 4 dagen. (Enkel Nieuw Zeeland: 1 dag, Australië, Georgië, Macedonië: 2 dagen en Hong Kong, Rwanda en Singapore: 3 dagen; doen beter). Ook wat het aantal procedures betreft doet België het met slechts 3 procedures zondermeer uitstekend (slechts 9 landen doen beter, met niet meer dan 1 of 2 procedures).
De daling in de ranking voor het opstarten van een zaak is hoofdzakelijk te wijten aan het feit dat meer en meer landen geen enkele minimale kapitaalsvereiste opleggen. Dat geldt nu reeds voor 91 van de 185 in de studie onderzochte landen. Daarenboven heeft een aantal andere landen de kapitaalsvereiste niet volledig afgeschaft, maar wel gereduceerd.
In het Doing Business rapport van 2013 waren 2 maatregelen opgenomen die in België werden genomen ter verbetering van het ondernemersklimaat. De invoering van een “risk based profiling system for imports” dat het “gemak waarmee handel kan gedreven worden met buurlanden” heeft vergroot en de implementatie van “e-notariaat” en de invoering van tijdslimieten die de “registratie van eigendom” moet faciliteren.
Het Doing Business rapport van 2013 bevat geen bijkomende specifieke maatregelen voor België op deze terreinen omdat dit rapport hoofdzakelijk betrekking heeft op een periode van lopende zaken waarin door de regering geen nieuwe initiatieven konden worden genomen.
Door de huidige regering worden daarentegen op bovenvermelde terreinen wel verschillende acties gepland. Ik wens hiervoor echter te verwijzen naar mijn collega de Minister van Middenstand, KMO’s, zelfstandigen en landbouw, mevrouw Laruelle in wiens beleidsnota deze worden toegelicht, evenals in haar “actieplan KMO’s en zelfstandigen” dat eind juli 2012 werd voorgesteld.
Ik zal bij wijze van voorbeeld enkele projecten van deze regering noemen die het ondernemingsklimaat moeten verbeteren : de versterking van het één-loket, de vereenvoudiging en de modernisering van de berekeningswijze van de sociale bijdragen, de modernisering van het faillissementsrecht, de omzetting van de richtlijn betreffende de betalingstermijnen, of nog de verbetering van het statuut van de “BVBA starter”.
Tot slot voorziet de relancestrategie die in juli werd vastgelegd ook in een stimulans voor de oprichting van ondernemingen, onder andere door maatregelen die de toegang tot financiering voor de KMO’s moeten vergemakkelijken.
Deze relancestrategie voorziet in het luik administratieve vereenvoudiging trouwens in de ontwikkeling van de toepassingen « eGriffie » en «eDepot », waarmee de oprichting van ondernemingen en latere aanpassingen van de statuten elektronisch beheerd kunnen worden.