Schriftelijke vraag van M. Ingeborg DE MEULEMEESTER
Vraag :
In het kader van de universitaire ontwikkelingssamenwerking kunnen buitenlandse studenten uit ontwikkelingslanden een beurs aanvragen om te studeren in universiteiten en hogescholen in België.
Zowel VLIR-UOS (of Vlaamse Interuniversitaire Raad – University Development Cooperation voor Vlaamse associaties) als CIUF (of de Conseil interuniversitaire francophone, voor Franstalige associaties), die beiden trouwens volledig gefinancierd worden door de federale overheid, geven kansen aan professoren en studenten om partnerschappen aan te gaan met universiteiten uit verschillende continenten. Dit kan gaan van een stage of onderzoeksverblijf voor studenten, tot een langdurige samenwerking op institutioneel niveau.
1. a) Heeft u een zicht op het aantal buitenlandse studenten die in Vlaanderen en Wallonië zijn komen studeren tijdens de jongste vijf jaar?
b) Zo ja, uit welke landen komen deze studenten voornamelijk?
2. Welke studierichtingen genieten bij deze buitenlandse studenten de voorkeur?
3. Ook Belgische studenten hebben de mogelijkheid om te studeren in lage inkomenslanden.
a) Heeft u een zicht op het aantal Vlaamse en Franstalige studenten die in deze landen gaan studeren in het kader van de universitaire ontwikkelingssamenwerking?
b) Zo ja, naar welke landen?
4. Uit welke studierichtingen komen deze studenten voornamelijk?
Antwoord :
Ik kan het geachte lid, in antwoord op haar vraag, volgende elementen meedelen.
1. a) Een overzicht van het totaal van de buitenlandse studenten die in Vlaanderen en Wallonië studeerden , gefinancierd door de Belgische ontwikkelingssamenwerking, gedurende de jongste vijf jaren is nog niet bekend.
Wel bestaan er cijfers over de periode 2006 en 2007. Deze beurzen werden via verschillende kanalen gefinancierd en een onderscheid wordt gemaakt tussen studenten die een beurs bekwamen binnen de beurstoekenningsprogramma’s van de betrokken actoren en deze die gefinancierd werden binnen de andere projecten en programma’s van deze actoren (hier omschreven als projectbeurzen).
Aantal buitenlandse studenten uit ontwikkelingslanden gefinancierd door de federale ontwikkelingssamenwerking in 2006 en 2007.
Programma beurzen
BTC
2006 : 655
2007 : 1.086
CIUF-CUD
2006 : 331
2007 : 403
VLIR-UOS
2006 :466
2007 : 443
ITG
2006 : 113
2007 : 128
KMMA
2006 : 23
2007 : 50
Projectbeurzen
BTC
2006 : 139
2007 : 153
CIUF-CUD
2006 : 327
2007 : 443
VLIR-UOS
2006 :196
2007 : 195
ITG
2006 : 39
2007 : 37
KMMA
2006 : 15
2007 : 18
Totaal
BTC
2006 : 794
2007 : 1.239
CIUF-CUD
2006 : 658
2007 : 846
VLIR-UOS
2006 :662
2007 : 638
ITG
2006 : 152
2007 : 165
KMMA
2006 : 38
2007 : 68
Totaal 2006 : 2.304
Totaal 2007 : 2.956
Deze studenten komen voornamelijk uit de Democratische Republiek Congo (12,6%), Vietnam (9,3%), Burundi (6%), Algerije (5%), Ethiopië (4,6%), Kameroen (3,8%), Oeganda 3%, Niger 2,9%, Tanzania (2,5%), en Cuba (1,9%).
2. Deze beurzen situeren zich voor wat de programmabeurzen betreft hoofdzakelijk in volgende richtingen : geneeskunde (17%), landbouw (16%), milieu (12%), toegepaste wetenschappen (11%) en economie (11%). Voor de projectbeurzen geldt volgende verdeling : geneeskunde 24%, rechten (21%), infrastructuur (13%), politieke wetenschappen (11%).
3. a) Vanuit de begroting van de federale ontwikkelingssamenwerking worden geen beurzen gefinancierd voor Belgische studenten om te studeren in lage inkomenslanden. Wel worden via VLIR-UOS en CIUF-CUD reisbeurzen gefinancierd voor korte verblijven (maximaal 3 maand) in ontwikkelingslanden in het kader van eindwerken of stages in de context van hun studies in België. Voor de VLIR-UOS betreft dit jaarlijks 450 reisbeurzen, waarvan de helft wordt toegekend aan studenten uit Vlaamse universiteiten en de helft aan studenten uit Vlaamse hogescholen. Via CIUF-CUD worden jaarlijks 140 reisbeurzen toegekend, enkel aan studenten van Franstalige universiteiten.
3. b) De spreiding van deze studenten is erg breed, maar toch is er een zekere concentratie op die landen waarbinnen door VLIR-UOS en CIUF – CUD programma’s van institutionele samenwerking en onderzoeksprojecten gefinancierd worden en waarbinnen de studenten dan ook kunnen omkaderd worden. De landen die aldus meest aangedaan worden zijn de Democratische Republiek Congo, Vietnam, Zuid-Afrika, Kenia, Ethiopië, Bolivië, Suriname voor wat VLIRUOS betreft en Vietnam, Benin, Burkina Faso, Kameroen, de Democratische Republiek Congo, Senegal en Peru voor wat CIUF-CUD betreft.
4) Vermits in principe alle studierichtingen van universiteiten en hogescholen in aanmerking kunnen komen, zijn de studie- of stageonderwerpen die via deze reisbeurzen ondersteund worden zeer gevarieerd. Wel kan vastgesteld worden dat ook hier een belangrijk accent ligt op de medische en de landbouwsector.
[:]