Staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken Olivier Chastel heeft op 2 juni de posthoofden van de Belgische diplomatieke en consulaire posten in het buitenland (ambassadeurs, consuls-generaal en permanente vertegenwoordigers) toegesproken. Die waren, zoals elk jaar, in het kader van de ‘Diplomatieke contactdagen’ in Brussel verzameld in het Egmontpaleis.
In zijn toespraak had hij het vooral over de uitvoering van het Verdrag van Lissabon vanuit de invalshoek van het Belgisch Voorzitterschap in 2010. Hij herinnerde eraan dat de aanstelling van de Hoge Vertegenwoordiger en de Dienst Externe Actie, na de inwerkingtreding van het Verdrag, tegemoet komen aan de Belgische wens om Europa uit één mond te horen spreken op de internationale scène. Hij onderstreepte dat dit ‘een aanzienlijk effect zal hebben op de rol die de Belgische diplomatie zal moeten spelen wat de coördinatie en de impulsen voor de externe politiek van de Unie betreft.’
Het welslagen van het Voorzitterschap in 2010 is volgens Olivier Chastel ‘belangrijk voor het imago en de internationale « standing » van ons land en zijn geloofwaardigheid. Het is ook belangrijk als federerend project dat het geheel van institutionele, economische en sociale actoren de kans geeft om ons dynamisme, onze verbeelding en onze praktische vaardigheden in het vinden van oplossingen te tonen. Zoals we dat konden in 1993 en 2001.’
Het Belgische diplomatieke netwerk telt 137 «beroepsposten » waaronder 89 ambassades, 17 consulaten-generaal en 10 consulaten, 10 permanente vertegenwoordigingen, 6 ontwikkelingssamenwerkingsbureaus en 3 van ambassades afhangende diplomatieke antennes en 3 visakantoren. Daar komen nog een 283 ereconsulaten bij.